Zonneklokken zijn vanaf het derde kwart van de 18 eeuw gemaakt en zijn gevat in een uit zachthout gestoken kast met vergulde stralenkrans. De diameter van de kast kan gemakkelijk 1 meter bedragen. Voor de stralenkrans werd dikwijls “zacht” hout gebruikt zoals vruchtenhout of iepenhout omdat dit gemakkelijk is te snijden. Deze zachte housoorten zijn erg in trek bij houtwormen en dat zal de reden zijn dat er weinig van deze 18^e eeuwse exemplaren bewaard zijn gebleven. 

De kast van deze klok is ook uit hout gestoken en daarna verguld. Door de jaren heen heeft het verguldsel een mooi patina verkregen.

Afmeting: Diameter 53 centimeter.